1. Maan. |
MAAN
De spirit, de humor en de erotiek
ze zijn niet te vervangen
ik kijk op dit moment naar iemand in bezit van alledrie
en uit alles spreekt verlangen
naar de spirit de humor en de erotiek
dieper dan je dromen
Om de wodka, de wijsheid en de retoriek
de woorden die alleen een vrouw kan spreken
de taal van haar lichaam, verstaanbaar voor wie ziet
en maar al te graag wil breken
Ik drink, denk, zoek naar een manier
om dichterbij te komen
Onder de maan
veeg ik de sterren uit mijn ogen
en ga naast haar staan
BLAUW
Ik heb vannacht gedronken en gezien
hoe geen vrouw ooit krijgt wat ze verdient
het zien duurt een seconde, de gedachte blijft voor altijd
ik heb vannacht gedronken en gezien
Ik heb vannacht gekeken en beleefd
hoe geen vrouw ooit terugkrijgt wat ze geeft
er is geen macht ter wereld die niet vroeg of laat opzij trapt
ik heb zojuist gekeken en beleefd
Ik heb zojuist gedronken en gezien
hoe jij van mij nooit krijgt wat je verdient
als weer één die altijd vooruit en daarom nooit opzij kijkt
ik heb zojuist gekeken en gezien
Blauw, blauw, blauw
keer ik terug naar jou
Het zien duurt een seconde, de gedachte blijft voor altijd
hier kom ik aan, hier ben ik lief, ik geef mezelf aan jou
RIGOUREUS
De klok zegt, tik, tik
tikt al mijn uren weg
voor wie wacht komt alles steeds te laat
De klok zegt, tik, tik
op de witgestucte muur
voor wie wacht komt alles steeds te laat
Ik weet wat jij verlangt
ik weet wat jij verdient
voor wie wacht komt alles steeds te laat
Je blik gericht op een plek op mijn lichaam
het is alsof je zegt, doe iets, nu, hier, voor mij
en doe het rigoureus en onverwacht
rigoureus en ondoordacht
rigoureus door dik en dun
rigoureus maar altijd uit het hart
DE
SCHADUW VAN HET KRUIS
Jongen, jongen, wat heb je lang gewacht
in het niemandsland tussen wangedrag en tact
jongen, jongen, je leeft hier maar een uur
waar gerookt wordt en gedronken tussen pulp en cultuur
jongen, jongen, jij neemt hier niet veel mee
wat te eten, wat te drinken, je bed en je tv
Dromen komen, lokken je van huis
en overal de schaduw van het kruis
Het bidt en het schreeuwt
het grijpt je bij je keel
het fluistert in je oor
tot je liegt en tot je steelt
het is nooit genoeg
maar altijd te veel
GEEF
NOOIT OP
Ik loop langs de spoorbaan, kijk naar de trein
nee, ik staar naar de trein van de hoop
staat daar glanzend en stil, half in de schaduw
langs een verlaten perron
Ik kijk achterom, als naar een verleden
dat leeg was en zonder geloof
maar mijn hoofd, half verdoofd,
zegt: ‘dit is het heden, kijk niet vooruit
en kijk nooit achterom’
In gedachten zie ik hoe de wielen gaan draaien
over een spoor zonder eind
tot het dendert door bossen, bergen en dalen
op weg naar de horizon
Ik denk hier ligt mijn lot, hier ligt mijn hart
in deze stad moet ik zijn
met alles wat komt en alles wat gaat
ik draai me om en keer mijn rug naar de trein
SOLDAAT
Het regent en de nacht is koud
m’n weerzin is compleet
ik staar naar het trillen van m’n handen
de vrouw hier voor me
zou wel willen dat ik jou vergeet
ik vraag of ze doorloopt naar een ander
Ik wilde dat het lichter was
zodat ik jou kon zien
maar ik ben aan de duisternis gebonden
het vreemde is, het voelt
alsof ik krijg wat ik verdien
alsof ik onze code heb geschonden
De dingen die je meemaakt
alles wat je ziet
het is niet nutteloos of overbodig
jij weet net zo goed als ik
dat je krijgt wat je verdient
wat je vreest heb je het meeste nodig
Hier is een brief van een geliefde
van een die het meent en het niet meer houdt
die niets vertrouwt dan waar zijn hart naar uitgaat
Brief van een verliefde soldaat
OPEN
De lucht wordt donker
de maan verschijnt
maar ik word niet dronken
want er is iets dat harder toeslaat
dat maar niet verdwijnt
De maan klimt hoger
mijn wereld kraakt
ik word dover
hoor mijn eigen woorden vallen
niemand wordt geraakt
en ik zoek naar het woord dat alles openmaakt
De lichten branden
de hemel kijkt
of er iets verandert
er is te veel verlangen
er is te weinig tijd
Open, open, open moet het zijn
ik open me voor jou
dus open je voor mij
Maar het blijft gesloten
het rookt en zwijgt
en het blijft geloven
dat het onterecht is
dat een lafaard nooit iets krijgt
ZUSTER
Komt de tijd dat je de warmte vindt
komt de tijd dat je de warmte voelt
je ziet hoe het gloeit
je ziet ook bij wie
je ziet wat het doet
maar je wilt het nog niet
Deze plek geeft mij een kil gevoel
deze plek geeft mij een hol gevoel
je moet hier niet zijn
we moeten hier weg
maar iets in me zegt
je wilt het nog niet echt
Ik kus de knokkels van je handen
aan de bar van dit café
waar we ook mogen belanden
zeg het woord en ik ga mee
Zuster, zuster, ga mee
SAMEN
Het zit erin, het komt eraan
het wil niet wachten, het wil bestaan
het zit in jou, het zit in mij
het is ons kind, het wil erbij
Het maakt je mooier dan je kan zijn
het maakt me beter, het maakt me klein
het zit in jou, het zit in mij
het wacht niet langer, het hoort erbij
Zo komen we samen
daar komen we samen
waar de tegenstand bestaat
IEDEREEN
IS VAN DE WERELD
Dit is voor de misfits die je her en der alleen ziet staan
die onder straatlantaarns eten
en drinken bij de volle maan
Dit is voor degenen die je overal herkent
deze is voor jou en mij
want dit is ons moment
Ik hef het glas op jouw gezondheid
jij staat niet alleen
Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen
Deze is voor iedereen die passie heeft en die voor passie gaat
In het donker kan ik jou nooit zien
maar ik weet dat jij daar staat
Rood, zwart, wit, geel, jong, oud, man of vrouw
in het donker ben je nooit te zien
maar deze is van ons aan jou
Teksten: Thé Lau. Muziek: Thé Lau, behalve 'De Schaduw Van Het Kruis' en 'Geef Nooit Op' (The Scene). [Terug] |