THÉ LAU - DE GOD VAN NEDERLAND 1. De Haven. |
DE
HAVEN
Daar is de haven
dat verre licht
daar zijn haar handen
en haar gezicht
Daar zijn de lichten
ik zag ze net
achter de golven
daar wacht haar bed
Daar is de haven
daar staat haar huis
de zee wordt kalmer
ik ben bijna thuis
Daar is de kade
haar silhouet
omklemt haar lichaam
en haar baret
Daar is de haven
daar wacht haar bed
WAAR
MENSEN WONEN
Vonkenregens spatten van de blokken op de wapperende handen
bij het flakkerende vuur dat tegen oostenwind in woedt
‘t is daar het noorden, ander weer, een ander uur
geen plaats daar voor kleine zorgen
geen tijd voor schijnheiligheid
harde dagelijkse strijd verspert de blik op morgen
barre eenzaamheid
de hardste mannen jagen buiten in hun vacht in weer en wind
en bij het licht van zuster maan
oude buren werden rovers
je moet erachteraan
het is daar God en het bestaan
in vormeloze hutten waar hulpeloze vaders babydochters verwelkomen
en waar vrouwen zonen baren, zonder dokter, zonder morren
men ontvangt daar nooit bezoek of ’t is een team van de VN
haast onmiddellijk gevolgd door een ploeg van CNN
het is daar een ander uur in de historie
en het leven meestal niet van lange duur
waar mensen wonen
Meer naar het zuiden heersen hitte en het zand van de woestijn
een oude vorst van kwade faam
het is daar droog en heet
elk voorwerp heeft nog steeds zijn oude naam
de kookpot en de kussens
die soms zetel zijn soms bed
een fles cola, de tv
stromend water is er niet
en striemend brandt de hete zon
want waar kwamen ze vandaan
van een land meer naar het noorden dat door oorlog werd geteisterd
en door honger werd geveld
land waarvan de naam heet opwelt in de tranen
voor degenen die gedood zijn
of in de hoge golven zijn verdwenen
naam die opwelt in de tranen van degenen die het haalden
over heel de ruige zee tot aan dit droge hete land
waar het welkom minder warm was dan ze hadden mogen hopen
na vele dagen varen en vele dagen lopen
Maar in de schemer sidderen de warme handen
in de schemer de verliefde jonge blik
in de schemer tast de tong op jonge tanden
in het schemerlicht
En dan de film van de geliefden van de brug in Parijs
Juliette Binoche, zo heel ver weg en zo dichtbij
zij – zelf van huis – met de man met de ampullen binnen handbereik
het glas dat kraakt en dan de prik die in je eigen ader raakt
en stuit op iets waar je van schrikt
het is niet mooi en niet verfijnd
maar dan godzijdank het vuurwerk aan het eind
Voor mezelf zing ik dit niet, of zing ik dit wel voor mezelf
of voor jou, ik weet het niet, ik weet het wel
ik zing dit voor mijn zoons die ik liefheb en vertrouw
boven alles zing ik dit voor mijn vrouw
voor de vrouw van wie ik zielsveel hou
ONDER AAN DE DIJK
Voor de zon die op het water speelt
voor het water dat de zon bespeelt
we leunen bij het grijze water
dat nooit teleurstelt, nooit verveelt
Ik voel de warmte van je hand
in ons kleine koninkrijk
onder aan de dijk
Was mijn vader hier nu bij
hij keek steevast heen en weer
van ’t water naar het polderland
naar de verre vissers op het meer
Zou hij ons zijn zegen geven
hij zou ons zijn zegen geven
ik weet het lief, ik weet het zeker
hij zou ons zijn zegen geven
Ik voel de warmte van je blik
in ons kleine koninkrijk
onder aan de dijk
Voor ons is het lichte water
achter ons de zware dijk
denk aan nu en niet aan later
onder aan de dijk
DE GOD VAN NEDERLAND
De God van Nederland
laat de geest graag vrij bewegen
maar de greep van zijn strenge hand
houdt de stoutste dromen tegen
Een harde hand heeft ons geraakt
een harde hand heeft ons gekraakt
een harde hand heeft ons geslagen
zonder ons te breken
Maar een zachte hand heeft ons gemaakt
bezegeld en gezegend
een zachte hand heeft ons gemaakt
uit grijs, grijs schemerlicht
en zachte zomerregen
De God van Nederland
vaak kom je hem tegen
met zijn honden op het strand
druipend van de regen
De God van Nederland
het is die ongelikte beer
zie je hoe hij naar je kijkt
kom, kom geef je hand
we zijn zo buiten zijn bereik
SPEEL
Speel zoals jij alleen kan spelen
speel en kom nu dichterbij
ik weet, we zijn hier niet met velen
speel voor de dame en voor mij
Speel als die dag een jaar geleden
jouw laatste geld en dat van mij erbij
vanavond heb ik goudgeld te besteden
speel voor de dame en voor mij
Alsof heel de wereld luistert
heel de wereld kijkt
aan elke toon gekluisterd
tot de nacht de dag bereikt
waar gaat de wereld heen
Speel en blaas het van de toren
speel en geef het lot haar zin
speel van achteren naar voren
speel het slot als het begin
ROCK 'N' ROLL
Rillend in stilte het bloed gedrogeerd
hitte en kilte en weer niets geleerd
van het ijskoude poeder, half ijzer, half as
dat gloeit op de spiegel en glinstert als glas
hij vecht en ligt onder
Amsterdam weet daarbuiten heel goed wat ze wil
ze ligt bleek en stil in het licht van de maan
wispelturig en wulps wenkt ze hem stil
hij leunt uit het raam en hij fluistert haar naam
er gebeurt niets bijzonders
Het meisje in bed is zo zacht als de lucht
ze biedt zichzelf aan maar hij was al gevlucht
in drugs en soft porno en burengerucht
ze geeft op en ze rolt op haar rug en verzucht
het gaat veel beter zonder
De heilige voorraad is nu bijna op
een zielige sliert die vals krast op het glas
fel begeerd koudvuur vlamt ijs in zijn kop
het vlees van zijn neus is gerafeld als vlas
bloed vloeit eronder
Dan kust hij haar voorhoofd en neemt een besluit
genoeg is genoeg ik ram het eruit
hij hoort dat ze twijfelt en aarzelend lacht
kom bij me in bed voor het eind van de nacht
Dan gloort de morgen in tinten van hoop
roze en paars en traag stromend als stroop
in de verte klinken de klokken
in de verte rommelt de donder
IN STILTE / WIEGELIED
Zwijgend licht
je ogen dicht
het licht verschuift in stilte
Zwijgend licht
een wimper wuift
trilt rillend in de stilte
In jou zie ik het best’ van wie ik ben
zwijgend zomeravondlicht
op jou gericht in stilte
Het duurt nooit lang
het duurt maar kort
dit licht en deze stilte
In jou zie ik het mooist’ van wat ik ben
zwijgend zomeravondlicht
op jou gericht
op mij gericht
HET HUIS WAAR LIEFDE WOONT
Inderdaad, de borden staan in stapels op de tafel, op de grond
het is waar, bitter stof van lang geleden dwarrelt doelloos in het rond
je hebt gelijk, de cijfers en de boeken zijn bij lange na niet bij
het is waar, ze is hier – al gisteravond – en ze zit op bed bij mij
En ja, de magie is onverbiddellijk, ik voel me schoon en vroom
het is dit telefoongesprek dat echoot als een boze droom
het is waar, ik heb het oude huis verlaten en ik weet niet wat ik doe
maar we vrijen hier nu liever dan we praten
en we zijn nog lang niet moe
Dit is het huis waar liefde woont
elke rechtspraak hier is die van haar en mij
dit is het huis waar liefde woont
hier zijn wij voor even vrij
Want ik leef om te leven
en niet om te verstikken
in een hartstocht die al lang niet meer bestaat
in een huis waar de geest al lang uit is verdreven
zo, ik heb gezegd
ik hoop dat je ’t begrijpt
en dat je me nu verder laat
DE VRIENDSCHAP
De geur van heel de bloemenzee, vergeet je
de woorden die de priester spreekt
hoe beurs je bent en hoe gedwee, vergeet je
de zon die door de wolken breekt
De tranenvloed die je verdooft, vergeet je
het doffe barre ongeloof
het verdriet dat je voelt en ziet, vergeet je
de aard van God die geeft en rooft
Maar de vriendschap, vergeet je niet
In stilte zeg ik vaarwel
in stilte buig ik mijn hoofd
het ga je goed
WREDE VREDE
In wrede vrede
loop ik in de zware wolken
op de oever van de stroom
de nevels die traag om mij kolken
als in een vreemde oude droom
in wrede vrede
In wrede vrede
vrede die niet kan vergeten
vrede die bij oorlog hoort
liefdesoorlog, heet verbeten
die ten slotte mild ontspoort
in wrede vrede
In wrede vrede
echoën de oude woorden
van de kabbelende stroom
de stem die strelend kon vermoorden
maar ook mild kon zijn, en loom
in wrede vrede
In wrede vrede
en in de vrede onbehagen
dat van onder naar me schreeuwt
driftig op me in blijft zagen
dat ik mezelf heb ingesneeuwd
is het waar, is het niet waar
er is zo vaak en hard geschreeuwd
maar ik kan je niet vergeten
nooit nooit meer
ik kan je niet vergeten
ik wil je niet vergeten
dat is wat hier aan het water
heel de wrede vrede leert
SPEEL (REPRISE)
Speel zoals jij alleen kan spelen
speel en kom nu dichterbij
ik weet, we zijn hier niet met velen
speel voor de dame en voor mij
Speel als die dag een jaar geleden
jouw laatste geld en dat van mij erbij
vanavond heb ik goudgeld te besteden
speel voor de dame en voor mij
Alsof heel de wereld luistert
heel de wereld kijkt
aan elke toon gekluisterd
tot de nacht de dag bereikt
waar gaat de wereld heen
Speel en blaas het van de toren
speel en geef het lot haar zin
speel van achteren naar voren
speel het slot als het begin
Tekst en muziek: Thé Lau, behalve 'Rock 'n' Roll' (tekst: Thé Lau, muziek: Thé Lau en Dante Oei). [Terug] |