GODDEAU.COM
Matthieu Van Steenkiste, 13 juni 2007
Toen Thé Lau in 2002 het einde van The Scene aankondigde, kwam dat niet als een verrassing. De beste Nederlandstalige groep aller tijden was immers al langer op de dool. Wel onverwacht is de tot juichen uitnodigende reünie die vijf jaar na datum een feit is. We drukten Lau en bassiste
Emilie Blom van Assendelft aan onze borst en streken de laatste plooien glad.
Thé, je gaf al eerder toe dat je de band stiekem wel miste, maar zelf stak je de hand nooit uit. Waarom niet?
Lau: “Dat was zeker niet uit trots. Ik kwam er gewoon niet toe omdat ik zo in beslag werd genomen door andere kwesties als het schrijven van een boek, wat eens zoveel werk is als het maken van een
CD: je bent er een jaar mee bezig. Een andere overweging die ik maakte, was de vraag of ik het wel leuk zou vinden om opnieuw met The Scene te beginnen, in de wetenschap dat wat op de nieuwe
CD staat de ruggengraat zou zijn van wat we moesten spelen: de bekende nummers. Drie jaar geleden had ik daar nog problemen mee, nu niet meer.”
Blom van Assendelft: “Iedereen doet nu ook opnieuw mee met een fris hoofd en de juiste instelling en dat was vijf jaar geleden niet zo.”
Heb jij dan nooit de telefoon willen nemen om Thé een reünie voor te stellen,
Emilie?
Blom van Assendelft: “De eerste paar jaar niet, maar daarna wel. Langzaam aan durfde ik hem héél laat, na een fles wijn, wel te bellen. Dan hingen we héél lang aan de telefoon en stelde ik hem dat voor, maar het drong blijkbaar niet tot hem
door (lacht).”
Lau: “Jij belt dan ook altijd zo laat! Het klinkt trouwens wel alsof sommigen mij tijdens die jaren als een tamelijk angstaanjagende figuur zijn gaan
zien...”
Blom van Assendelft: “Dat niet, maar ik wist wel dat jij met heel andere dingen bezig was en even niets van ons hoefde te horen. Als iemand me vorig jaar had gevraagd of The Scene opnieuw bij elkaar zou komen, had ik het ook niet geloofd. Die omwenteling is vrij plotseling gekomen. Maar van mij mocht het onmiddellijk: ik was het sowieso nooit eens geweest met de split.”
Thé, waarom drong Jeroens voorstel tot reünie wel tot je door dan?
Lau: “Hij gebruikte precies de bewoordingen die nodig waren om mij te raken. Dat hij een enorm ‘onaf' gevoel overhield aan The Scene; en kennelijk had ik dat ook want zijn woorden bleven echoën. De split was er echt gekomen door een gevoel van
"en nou ben ik het zat", maar dat wil niet zeggen dat ik er achteraf spijt van heb. Ik heb toen een aantal ideeën kunnen verwezenlijken waar ik al jaren mee rondliep, en als ik dat niet had gedaan dan had ik er nu meer moeite mee gehad. Ik voelde me toen toch wel wat gevangen in het format rockband.”
Emilie, de beslissing van Thé kwam er nadat jullie het kant- en-klare materiaal,dat later Thé's eerste soloplaat zou worden, weigerden op te nemen. Hadden jullie dat achteraf gezien beter wél gedaan?
Blom van Assendelft: “Nou dat ook weer niet (schatert).Thé had die ballon eens opgelaten in de auto tijdens de terugrit na een optreden, dat hij een hoop afgewerkte nummers had die we zo konden opnemen om de broodnodige doorstart te maken. Dat wilde ik niet en ik was niet de enige. Al de andere Sceneplaten bestonden uit nummers die ook door ons mee waren vormgegeven, wij wilden geen hapklaar menu in onze handen krijgen. Thé was toen ook al solo bezig in de winter, wat wij ook niet leuk vonden. Ik was Thé of de groep absoluut niet zat, maar dat ging mij toch te ver toen. Zo waren we niet meer The Scene vond ik.”
Lau: “We hebben toen nog één keer gerepeteerd, maar toen bleek dat iedereen iets anders wou spelen dan ik vond dat The Scene was. Een heel moeizame repetitie was dat waarop ik
'Waar Mensen Wonen' - één van de beste dingen die ik ooit gemaakt heb - helemaal fout hoorde gaan. Het ging helemaal de andere kant op dan het moest.”
Waarom besloten jullie voor 2007 gewoon oud materiaal opnieuw op te nemen? Een gebrek aan inspiratie?
Lau: “Een nieuwe plaat voorbereiden kost een jaar, en die tijd hadden we niet: het moest vooruit. We wilden wél dat de plaat een meerwaarde had en niet zomaar een
Best Of was, vandaar de gasten en de twee nieuwe nummers. Die overigens wel allebei al klaar waren toen ik ze aan de band
presenteerde (grinnikt).”
Blom van Assendelft: “We hebben ze toch een beetje naar onze hand kunnen
zetten (lacht)."
Lau: “Ik had nooit verwacht dat alledrie de gasten ja zouden zeggen eigenlijk. Met Sarah (Bettens) heb ik in tijd van
k's Choice wel eens 'Blauw' gebracht in Rotterdam, met Paskal (Jakobsen van
Bløf) heb ik vaak
'Iedereen Is Van De Wereld' gespeeld. En op een avondje stappen ontdekte ik ooit dat Tom Barman als straatmuzikant in Frankrijk
'Rigoureus' op zijn repertoire had. Toen ik hem dus eens tegenkwam in Brussel stelde ik hem voor om mee te doen. Ik had verwacht dat hij neen zou zeggen, want dEUS hadden net een heel zware wereldtournee gedaan, maar tot mijn verbazing zei hij dat hij het zelfs een hele eer vond. Ik vond het ook een eer.”
'2007' is opnieuw een krachtige, korte titel als
'Open', 'Blauw', 'Marlene'... Kenmerkt dat The Scene, dat gebalde?
Blom van Assendelft: “Eenvoud hé.”
Lau: “Ik ben op dat vlak misschien een echte Nederlander, gebald: het less is
more-idee spreekt me wel aan, ook in de teksten. Maar sommige dingen zijn op zich wel grappig. Veel bands die
'Iedereen Is Van De Wereld' willen spelen, laten me vaak weten dat het jee, toch wel iets lastiger dan gedacht is. Dat vind ik wel een groot compliment, dat je iets hebt gemaakt wat ogenschijnlijk heel simpel is, maar in werkelijkheid toch niet meevalt om te spelen.”
Even over de bezetting:
oorspronkelijk toetsenist Otto Cooymans is terug, hoewel hij al halverwege het verhaal uit de band stapte, en niet zijn vervanger Dante Oei. Ook gitarist Eus van Someren is er niet opnieuw bij. Hoe komt dat?
Blom van Assendelft: “Toen Otto uit de band stapte ging het niet meer met hem, maar voor de reünie kozen we vrij unaniem voor Otto. Voor mij was hij veel meer The Scene dan Dante.”
Lau: “Met Eus had ik destijds het meeste problemen, dat mag je gerust weten. Maar belangrijker nog is dat hij toen al een dikke carrière als wetenschapper aan het opbouwen was en bij mijn weten nooit meer heeft gespeeld. Als dat voor de andere drie ook had gegolden, dan hadden we hier niet gezeten. Dat de anderen altijd waren blijven spelen, was voor mij een belangrijke factor.”
Jij bleef de oude nummers live nog af en toe spelen, Thé, maar hoe zat dat voor de rest? Stramme vingers,
Emilie? Of kwam alles vanzelf terug?
Blom van Assendelft: “We zijn allemaal blijven doorspelen. Als we gestopt waren met muziek spelen dan waren we niet terug samen gekomen. Het vreemde is echter dat die oude nummers zo ingebed zaten dat de eerste repetitie héél goed ging en we na anderhalf uur klaar waren en besloten dat we wel een biertje konden gaan drinken. Iedereen had het nog helemaal.”
Lau: “Behalve ik. Omdat ik al zolang in de theaters werk en de nummers dan wat aanpaste. Af en toe moest ik even terugdenken hoe het ook weer ging.”
Was het niet vreemd om terug in dat rockidioom te moeten glijden?
Lau: “Zo zie ik dat niet. In De Volkskrant-agenda stond ik onlangs onder de hoofding ‘kleinkunst/theater'. Ik was behoorlijk onthutst toen ik dat zag want mede door mijn verleden blijft er toch nog een groot verschil tussen mij en die zangers die een kleinkunstopleiding hebben gevolgd. Ik vond die laatste tournee met strijkers gewoon leuk om eens te doen, maar ik zie mezelf absoluut niet als een
kleinkunstmens."
Is dit nu een eenmalige reünie of een nieuwe start?
Lau: “Weet ik niet. Ik ben heel tevreden met de reacties, tot nog toe was daar geen negatieve bij dus dat is bemoedigend. We zullen straks moeten zien of we op die festivals nog de impact van vroeger hebben. We hebben één try-out gehad en de plaatopnames, en die zijn nog beter uitgepakt dan ik verwacht had. Ik wist wel dat het een goeie plaat zou zijn, maar niet dat ik hem zelf zo goed zou vinden.”
Kijken jullie al verder dan de zomer?
Blom van Assendelft: “De afspraak is dat we deze reünietour doen en verder weten we nog niets. Maar als op het einde van het jaar blijkt dat we het leuk vonden, dan is het goed mogelijk dat we weer doorgaan. Het moet ook werken, de magie moet er zijn.”
Lau: “Op hele korte tijd is de AB uitverkocht. Als we door waren blijven, spelen was het maar de vraag of dat ooit gebeurd was. Dat speelde ook een rol.”
Eigenlijk zijn jullie er mee opgehouden op een moment dat iedereen de handdoek in de ring leek te werpen: Noordkaap, Tröckener
Kecks,... jullie hebben toen een gat laten vallen, sindsdien waren er geen echt sterke Nederlandstalige bands meer.
Lau: “Misschien waren we allemaal slachtoffer van een dal in de appreciatie van Nederlandstalige muziek.”
Blom van Assendelft: “En van platenmaatschappijen die er mee ophielden of fuseerden. Het was een opeenstapeling van dingen, tegenslag na tegenslag. En daar hebben de Kecks en Noordkaap volgens mij ook onder te lijden gehad.”
Lau: “Toen ik die 'Brandende Regen' met Junkie XL maakte, is er mij veel duidelijk geworden. Dat was een leerzaam project. Studio Brussel pikte het nummer op, al werd het niet echt een hit en in Nederland werd het niet gedraaid, behalve door één
DJ die na zeven keer werd aangemaand dat nummer niet meer te draaien. Voor het eerst was ik immers te oud voor de
doelgroep. Het meest bizarre was toen ik in de supermarkt een singletje van dat nummer gaf aan mijn favoriete caissière, een hip meisje met elke dag een andere kleur haar. Toen ik de volgende dag weer bij haar in de rij stond en vroeg wat ze er van vond, liet ze verstaan dat ze nog niet had geluisterd want:
"eigenlijk luister ik niet naar Nederlandstalige muziek." Dat merk je ook: afgezien van de echte
mainstream-acts kan een Nederlandstalige rockband ook nooit zo groot worden als Engelstalige groepen. Waarom is mij een raadsel hoor. En ik denk achteraf dat er in die tijd ook een dip was in de appreciatie van het zingen in de moedertaal.”
In dat kader komen jullie mooi getimed terug, nu dialectpop en het Nederlands terug mogen in Vlaanderen.
Lau: “Je hebt van die projecten waarbij alles op zijn plek valt, en misschien is dit er één van. Wat jij nu zegt, duidt daar wel op. Ik vind het altijd zo interessant in muziek, maar dat is op andere gebieden ook zo: dat je kunt plannen wat je wilt
- platenmaatschappijen met name hebben vaak die behoefte controle te houden
- maar dan gebeurt er toch iets wat je niet had voorzien.”
“Ik wil dat The Scene één van die legendarische bands wordt die werkelijk iets in de muziekgeschiedenis van de Lage Landen betekent”, heeft Thé ooit laten optekenen. Wat denk je ondertussen?
Lau: “Dat het in mijn ogen niet was gelukt, was één van de dingen die staken toen ik had besloten om er mee op te houden. In Nederland heb je dat voor anderen traumatiserende monument The Golden Earring. Er zijn een hoop bands in de buurt gekomen van wat zij hebben bereikt, maar niemand heeft het geëvenaard en daar lag de lat voor mij. Met de reacties die ik nu opeens krijg bij de reünie, begint het er bijna op te lijken dat het achteraf gezien toch gelukt was, zeker in Vlaanderen.”
Blom van Assendelft: “Het viel me wel op dat The Scene in de vijf jaar dat we niet bestonden bleef doorleven. Meer en meer hoor ik om me heen van ‘Oh was jij die bassiste van The Scene?'. In de tijd dat wij nog speelden had niemand daar veel notie van.”
Als ik jullie zo bezig hoor, heb ik de indruk dat even stoppen wel deugd heeft gedaan?
Blom van Assendelft: “Dat denk ik wel ja. Thé heeft zijn ding kunnen doen en wij weten nu dat hij dat wil doen. En dat accepteerden wij vroeger niet.”
Lau: “Jullie hebben ook met anderen gespeeld en het verschil gezien.”
Blom van Assendelft: “Ja, we hebben er allemaal wel wat van opgestoken.” «
[Media]
|