THÉ LAU: ZO KERNACHTIG, SOLIDE GESCHREVEN

TROUW Andrea Bosman, 15 oktober 2004

In de aanloop naar de Nieuwe Bijbelvertaling vraagt Trouw bekende Nederlanders naar hun favoriete bijbelfragment. Vandaag: muzikant Thé Lau, maker van de CD 'De God Van Nederland'.

Na verloop van tijd nu bracht Kaïn van de vruchten der aarde aan den Here een offer; ook Abel bracht er een van de eerstelingen zijner schapen, van hun vet; en de Here sloeg acht op Abel en zijn offer, maar op Kaïn en zijn offer sloeg Hij geen acht. Toen werd Kaïn zeer toornig en zijn gelaat betrok.

(Genesis 4 vers 4-6, vertaling Nederlands Bijbelgenootschap 1951)

"Ik ben helemaal niet bijbels opgevoed. Heb wel op een bijbelschool gezeten in Bergen, maar toen ik mijn ouders thuis ging vertellen dat er voor het eten gebeden moest worden, waren ze niet meer zo enthousiast. 'De God Van Nederland' gaat niet over God. Ik wist niet dat Nescio dat begrip in 'Dichtertje' al had gebruikt om het tegenover 'de God van hemel en aarde' te stellen. Dat is precies wat ik ook bedoelde, het gaat over een mentaliteit. De opdracht voor het hoesontwerp was dan ook: teken een paar calvinistische koppen. Dat is volgens mij wel gelukt."

"De horror van het Kaïn-en-Abel-verhaal is de jaloezie. Ik heb al mijn leven lang op instinct gevonden dat jaloezie de ergste is van alle minder goede eigenschappen van de mens. Jaloezie was de oorzaak van de Eerste Wereldoorlog; de Duitse keizer voelde zich miskend door zijn familieleden in het Britse koningshuis. In de wereld van de podiumkunsten kom je heel veel afgunst tegen. Zelf kon ik vroeger ook erg jaloers zijn, maar ik ben het vanzelf kwijtgeraakt, gelukkig."

"Een ander belangrijk punt dat met dit verhaal samenhangt kwam ik tegen bij John Steinbeck, de schrijver van 'East Of Eden'. Steinbeck wil aantonen dat er eeuwenlang de verkeerde uitleg is gegeven aan de reactie van God op de moord op Abel. God zou Kaïn niet gebieden het land te verlaten, maar het eerder als advies bedoelen: dus niet 'thou shalt' maar 'thou mayest'. Waarmee Steinbeck wil zeggen dat de mens zelf de keuze heeft. Dat zie ik ook zo: goed en kwaad zijn begrippen die uit de mens zelf voortkomen, niet iets waar een god over oordeelt."

"Zo lees ik ook het verhaal van Kaïn en Abel: als de beschrijving van een fundamentele vader-en-zoonkwestie. Een vader die van de ene zoon meer houdt dan van de ander, met alle gevolgen van dien. Ik kende het verhaal natuurlijk al, maar nu ik de letterlijke tekst las, geïsoleerd, viel me op hoe ontzettend mooi het geschreven is, zo solide, kernachtig. Het heeft nog iets van de dagen dat verhalen in gezang werden gezet om ze zo over te dragen." «


[Media]