NOU EN DAT DE MENSEN NAAR HIER KOMEN OM BETER TE WORDEN?
GODDEAU.COM (B) Matthieu van Steenkiste, 15 februari 2006 Het zware juk van het Scene-verleden is afgeschud, op 'Tempel Der Liefde' wordt Thé Lau eindelijk volledig zichzelf. Gewoon bij hem thuis opgenomen, toont het nieuwe album een rijpere solo-artiest die weigert zich te begraven in wat hij al kent. Het was tijd om nieuwe paden te verkennen. Thé Lau: "Mensen hebben wel vaker opgemerkt dat dit mijn eerste echte soloplaat is. Ik ging er van uit dat als ik zou blijven zingen het allemaal nog wel kon. Veel ideeën kon ik uitproberen tijdens een theatertournee die ik vorig jaar ondernam met zowel een strijkerskwartet als een band. Ik hou er wel van om bij optredens van het ene uiterste naar het andere te gaan: nu eens de volledige band, dan weer enkel het kwartet. Het beviel me zo goed dat het logisch werd om ook de plaat zo in elkaar te zetten. Ik was bang dat het misschien een te groot stijlenkabinet ging zijn, maar dat punt van kritiek heb ik nooit gehoord. Zolang ik er stond, bleef het kloppen." "De echte rock zoals bij The Scene is er een beetje uit bij me, dat klopt. Misschien is dat maar tijdelijk, ik weet het niet. Een nummer is vaak indringender in een heel kleine bezetting dan wanneer je met alle toeters en bellen werkt. Dat heb ik nog maar eens gemerkt met 'In Vrijheid', een opdracht van het Bevrijdingscomité. Voor dat ene nummer kreeg ik zwaar gesubsidieerd drie dagen studiotijd en aanvankelijk zou ik die opnames ook gebruikt hebben voor 'Tempel Der Liefde'. Maar dat ging dus niet: qua productie - we hadden zelfs een gastzangeres en Marokkaanse percussie - zette het zich te zwaar af tegen de andere nummers, dus nam ik het op met een akoestische gitaar. Niet toevallig misschien merkte de technicus - die ook de andere opnames had gedaan - dat het nummer hem zo meer deed." Je schreef nog al eens in opdracht. Ga je anders te werk dan? Dat klinkt als een erg specifieke opdracht. Samen met 'Tempel Der Liefde' verschijnt ook
'In De Dakgoot', een nieuw boek van je hand. Aanvankelijk leek het me niet meer dan een bundeling rock-'n'-roll anekdotes, maar tegelijk lijkt het me ook de balans op te maken, niet? "Wat het me leerde is dat ik meer te vertellen had over uit de periode dat het vrij moeizaam ging dan uit de succesperiode. Over die tournee in Polen kwam van alles terug boven: de mensen van die Poolse band, die prangende onzekerheid, angst om provinciaal te zijn tegenover de Angelsaksen. Die angst heb ik altijd gehad tot het moment dat we Werchter speelden en Dave Steward me op de schouders sloeg toen we van het podium afkwamen: 'Wat zijn jullie een goeie band!'" "Ik hoorde die buitenlandse bands en ik was vastbesloten om mij daarmee te meten, terwijl in de Amsterdamse scene iedereen alleen maar naar elkaar zat te kijken. Ze kwamen altijd drie jaar achter, het gleed af naar een oubolligheid. Daar is voor mij maar een eind aan gekomen toen The Scene de bezetting kreeg die jullie leerden kennen. Toen dat bij elkaar kwam was dat eindelijk over. Ik was inderdaad al 38, laat natuurlijk, maar ook dat is typisch Nederlands: Herman Brood kende zijn echte doorbraak ook maar toen hij dik in de dertig was. En daar werd hij mee gepest op kleedkamermuren." Hielp dat om te relativeren toen het succes er eindelijk was? Ondertussen is Bram er niet meer. Maakte je dat bewust van je eigen sterfelijkheid? "Natuurlijk ben je er mee bezig. Er gaat geen dag voorbij of ik denk wel eens aan de dood. In 'Strand' zing ik ook 'voor het eerst ben ik niet bang om dood te gaan'. Dat is een gedachte die voor het eerst door me heen golfde in een tuin in Antwerpen. Ik was naar een tentoonstelling geweest, er was wat wijn gedronken, er waren kinderen bij. Ik stond naar die kinderen te kijken en het schoot door me." "Ik zag Bram niet vaak meer. En als ik hem tegenkwam was het altijd in België. De laatste keer nota bene in 'In Flanders Fields', het oorlogsmuseum in Ieper. Later begreep ik dat hij daar erg mee bezig was. Wat een bizarre overeenkomst was, want ik heb daar ook heel veel over gelezen." De soldaat komt al eens terug in je songs. Je zingt ook weer over je vader. Alweer een paar jaar geleden zag ik je "Beschaving" voordragen in de AB. Het was drie dagen na enkele bomaanslagen in Istanboel en ik vond het plots akelig op zijn plaats. Het woord 'verhuftering' valt wel eens inzake de Nederlandse samenleving. "En dan is er is ook het fenomeen asielzoeker. Marion Bloem, een schrijfster, was een actie begonnen om een generaal pardon af te dwingen voor die mensen. Vijftigduizend handtekeningen verzamelde ze en toch hebben we een minister (Rita Verdonck) die absoluut bij dit beleid blijft. Dan gaat het bijvoorbeeld over een Iraanse vrouw van vijfentachtig die met haar zoon is overgekomen, in Iran geen familie meer heeft, maar een ambtenaar van haar ministerie vond dat haar zoon wel mag blijven maar die vrouw terug moet. Er zijn mensen van wie de kans dat als ze terugkeren ze diezelfde dag nog omgebracht worden meer dan vijftig procent is. Ook zij worden teruggestuurd. Er zijn voorbeelden van zo'n sterfgevallen op de dag van terugkeer zelf." "Het adagium is dat je nooit naar afzonderlijke gevallen mag kijken want dan krijg je misschien medelijden. Marion Bloem heeft heel wat van die verhalen in een boek gebundeld en aan Verdonck gegeven. Die begon automatisch met het praatje dat we ons moesten realiseren dat zeventig procent van die mensen - dat cijfer klopt trouwens niet eens - hier komt om daar beter van te worden. Nou en? Is dat erg? Maar goed, er is een groeiende tegenbeweging. Ik denk dat bij de komende verkiezingen deze regering het wel mag vergeten." « [Media] |