THÉ LAU & JAN-PETER BAST - 24-01-2003 - SCHOUWBURG, AMSTELVEEN
GRONDELOZE MELANCHOLIE IN DE TEKSTEN VAN DE BLUESY THÉ LAU

NRC HANDELSBLAD Kester Freriks, 27 januari 2003

Jan-Peter Bast (2002)De Nederlandse rockzanger Thé Lau geeft concerten van pure, harde eenvoud. Hij maakte deel uit van de begeleiding van Neerlands Hoop, richtte in Noord-Holland zijn succesvolle band The Scene op en besloot enige tijd terug als solist op te treden met toetsenman Jan-Peter Bast. De combinatie van soberte en ruigheid, de stem die ergens zweeft tussen Bob Dylans 'voice of sand and glue' en de rauwe schoonheid van Tom Waits maken van Lau's optreden iets ongekends in de Nederlandse muziek. Een elektrische en akoestische gitaar, schijnwerpers, wat theatrale rookwolken en literaire teksten zijn Lau's attributen.

Zijn teksten vormen een voorbeeldige mengeling van kracht en poëzie. Vrijdagavond werd in de Schouwburg van Amstelveen het boek 'Thé Lau: De Teksten' (uitg. Vassallucci) gepresenteerd na afloop van een overtuigend concert. In deze meer dan gerechtvaardigde uitgave kunnen we liederen als 'Blauw', 'Iedereen Is Van De Wereld' en 'De God Van Nederland' terugvinden. Na de pauze, toen het concert "standje ietsje heftiger" verliep zoals Lau aankondigde, bracht hij het schitterende 'alcohol en tranen tonen mij aan jou/alcohol en tranen drijven mij naar jou' ten gehore. Een vergelijking met Jeffrey Lee Pierce van The Gun Club is op zijn plaats; dezelfde grondeloze melancholie en een stem met bluesy uitschieters. Lau is allesbehalve behaagziek of zoetelijk, en dat maakt hem authentiek.

De titelsong 'De God Van Nederland' is een protestlied tegen de benauwdheid van Nederland. Regen, mistflarden, een God die slaat maar niemand heeft gebroken want de Nederlanders gaan gewoon voort met wat ze doen. Er schuilt een verontrustende dimensie in Lau's teksten en zijn hoekige, explosieve spel op de gitaar. 'Voor wie wacht, komt alles steeds te laat', zingt hij, en 'rigoureus, maar oprecht'. Het zijn tot liedteksten getransformeerde hartekreten van een beklemd gemoed, zoals regels aantonen als 'rauw, hees, teder, zing ik het lied/rauw, hees, teder, zing ik voor jou'. Met die laatste aanduiding geeft hijzelf precies aan wat hij wil met zijn muziek: liefdesliederen zingen vanuit een eenzaam hart, niet zoetelijk of romantisch maar bezeten en met een grimmige, rauwe ondertoon. In de Nederlandstalige muziek is de lyrische toonzetting opgeëist door Lennaert Nijgh en Boudewijn de Groot; Thé Lau heeft een uniek talent voor een verbeten schrijfstijl en harde, pulserende muziek. «


[Media]