TOU Elly de Bont, december 1994
The Scene staat bekend als een
podiumband. De optredens zijn gedreven, krachtig en
meeslepend. Na vijftien jaar, waarvan de laatste vijf
jaar met dezelfde bezetting, wordt dat nog eens dik
onderstreept. Ex-bandlid Rogier van der Ploeg maakte een
video, fotograaf Paul Tolenaar een fotoboek een ook een
live-CD bleef niet uit. "In de studio zijn we een
band, live zijn we The Scene", schrijft de 42-jarige
zanger Thé Lau in het boekje bij de CD.
Thé draait zijn zoveelste
sjekkie en neemt nog een pilsje. Hij praat langzaam,
relaxed. Met veel eh's en af een toe een stilte. "Optreden
met seks vergelijken, is een beetje obligaat. Maar hoe je
het ook wendt of keert, het is de beste vergelijking.
Voor alle twee geldt dat je eigenlijk wil dat het altijd
doorgaat. Het laat hetzelfde gevoel na als een one night
stand. Zo'n katterig gevoel. Je hebt alles gegeven, maar
hoe nu verder? Deze zomer stonden we op Parkpop. Na zo'n
groot concert voel ik me hondsberoerd. Niet alleen door
de vele wijn die je binnenkrijgt, ook omdat je geestelijk
leeg bent. In een optreden gaat veel fysieke energie
zitten. Ik leef me erg uit, dat heb ik nodig. Het is een
heel belangrijke factor in mijn leven. Die paar maanden
dat we niet optreden, kan ik mijn energie niet kwijt. Ik
word humeurig en kort aangebonden. In studio's werken
vind ik ook wel leuk, maar het moet niet te lang duren
want dan krijg ik er tabak van."
STA-IN-DE-WEG
Thé maakt vanaf zijn 21e serieus muziek. Samen
met gitarist Eus van Someren, toetsenist Otto Cooymans,
bassiste Emilie Blom van Assendelft en drummer Jeroen
Booy vormt hij The Scene. Thé speelt gitaar, zingt en
bedenkt de teksten. "Ik hoef me bijna nooit ergens
anders mee bezig te houden. Ik kan de hele dag denken
over dingen die ik zou kunnen gebruiken voor een tekst.
Op het ogenblik meen ik weer zo'n tendens te zien dat
ontzettend veel vrouwen afknappen op mannen. Mannen
vervallen in toenemende mate weer in veeleisend,
materialistisch, hebberig gedrag. Wat in mannen echt
laakbaar is, is dat ze als ze met een vrouw samen zijn,
ze verlangen naar nog een vrouw, of naar een andere vrouw.
Het erge daarvan is dat ze dat verlangen hun eigen vrouw
kwalijk nemen. Ze zien die vrouw puur als een sta-in-de-weg
en durven de stap niet te doen om vreemd te gaan.
Natuurlijk ken ik dat verlangen ook. Het zou hypocriet
zijn om dat te ontkennen. Maar ik zie het ook vreselijk
vaak om me heen. Dan denk ik: dit is stof voor een lied.
In het begin van een nummer probeer ik alles zoveel
mogelijk open te houden. Er is bijvoorbeeld eerst alleen
een riff, dan ga ik thuis die riff de hele tijd heen en
weer spoelen en beluisteren. Meestal krijg ik dan een
idee voor een tekst, over wie het gaat, waar het zich
afspeelt en wat voor sfeer het heeft. Dan is het halve
werk al gedaan. Dan moet de muziek weer aangepast worden
aan wat je op dat moment aan tekst hebt en zo schakelt
het zichzelf naar een eindpunt."
SOLDEREN
"Soms weet ik niet waar een tekst over gaat.
Terwijl ik hem zelf geschreven heb. Dan denk ik dat het
klopt, maar dat voel ik meer dan dat ik het weet. Een
lied kan na honderdtwintig keer spelen plotseling een
andere dimensie krijgen. Dan schudt het zich van me af en
zie ik wat het betekent. Mijn hoofd heeft alleen talent
voor associatief denken. Daar ben ik ook het leeuwendeel
van de dag mee bezig. Ik ga er altijd vanuit dat er een
organisch verband tussen associaties zit. Ik zing vaak
maar een eind weg. Ik heb wel eens meegemaakt dat er dan
ineens drie zinnen achter elkaar staan die een
indrukwekkend couplet vormen. Zoiets gebruik ik altijd.
Het is mooier dan wat ik bedenk. Je gedachten gaan altijd
te snel voor je schrijfhand. Ik heb de verbijsterende
ontdekking gedaan dat ik de ene dag wel exact kan denken
en de andere dag niet. Ik heb eens een keer zelf boxen
gemaakt. Ik had speakers gekocht en een houten kastje
gemaakt. Het ging om het solderen van zes draadjes. Toen
ik die boxen later een keer open schroefde, bleek dat ik
werkelijk álles verkeerd had aangesloten. Ik zag toen wél
in één klap dat ik er een warboel van had gemaakt. Daar
ben ik vreselijk van geschrokken. Voor de teksten geldt:
hoe associatiever het gaat, hoe spannender het is. Het
kan wel eens een tekst opleveren waarin een jaar later,
net als met die speakerboxen, tegelijkertijd het logische
en het onlogische zich onthullen."
ZELFHAAT
'Doe het rigoreus en ondoordacht, maar altijd
uit het hart', 'sta ervoor, sta erachter, maar ga daar
staan', 'geef nooit op'... Veel teksten van The Scene
gaan over een groots en meeslepend leven. "Ik heb de
neiging om mezelf in liedteksten op te peppen. Dat
straalt natuurlijk over op het publiek. Ik heb een hekel
aan een echt negatieve invalshoek. De meeste teksten
hebben die negatieve invalshoek in de eerste versie wel.
'Blauw, blauw, blauw, keer ik terug naar jou' kan
bijvoorbeeld in een eerdere versie 'blauw, blauw, blauw,
heb ik de pest aan jou' geweest zijn. Dan bekijk ik zo'n
eerste versie en denk ik: dit is dus voor mannen
geschreven. Om cool te lijken voor de mannen zing ik dat
het shit is. Er komt altijd een moment waarop ik het voor
vrouwen aantrekkelijker ga maken. Anders horen zij een
gefrustreerde, onaantrekkelijke zanger. Ik heb een
behoorlijke dosis zelfhaat. Maar op het podium is er
nooit enige aanleiding tot dat gevoel. Op het podium heb
ik een veel grotere autoriteit. Daar doe ik waar ik het
beste in ben. Daar geef ik iets wat zin heeft."
"Ik zie onze live-CD
als een afsluiting. De rest van de band is het daar niet
mee eens, vindt het gewoon een project. De CD is een
soort bloemlezing, er staat geen enkel nieuw nummer op.
Het schept bij mij onmiddellijk de behoefte om iets
anders te gaan doen." Thé mijmert over een nog niet
gemaakt lied, waarop geen enkele wet van toepassing is.
Een lied zonder metrum, lang en vooral mooi. De grenzen
van zijn creativiteit houden hem bezig. "Laatst
ontdekte ik dat je net voor de grens van wat je kan moet
gaan zitten. Als je precies op die grens iets maakt, dan
wordt het slecht. Ik las ergens dat Picasso dat ook
altijd zei. Je moet altijd wat speling laten. Als je je
vertilt aan een lied, wordt het te krampachtig."
"We hebben natuurlijk
al wel geëxperimenteerd. Maar veel dingen hebben we ook
niet gedaan omdat we dachten dat we het niet in de hand
hadden. Op elke plaat komen wel een paar nummers voor die
bijvoorbeeld een Afrikaans of Latin ritme hebben. Veel
mensen valt het niet op, maar 'Iedereen Is Van De Wereld'
heeft in wezen een latin ritme en geen rockritme. We
maken nogal veel nummers met twee akkoorden. Misschien is
het leuk om er eens vijf te gebruiken. Dit soort dingen
hebben we op 'Waterdrager' losgelaten." The Scene
vertolkt het nummer op de vorige maand verschenen CD 'Als
De Rook Is Verdwenen... Een Eerbetoon Aan Boudewijn De
Groot'. "Het gaf ons de mogelijkheid om allerlei
dingen te doen die we altijd al wilden doen. Werken
zonder restricties is een openbaring. Toen het nummer af
was, kwam iemand de controlekamer binnen en die zei: goh,
jullie hebben er een echt Scene-nummer van gemaakt... Dat
zegt niet dat we geen stap verder komen. Het leert mij
dat we van alles en nog wat kunnen doen en toch in ons
eigen territorium blijven." «
[Media]
|